Houtexpert Van Bladel Ludo
e-mail: info@houtexpert.be www.houtexpert.be
FINEER
Het afrollen wordt ook het schillen van stammen genoemd.Men vertrekt hier dus steeds van de ronde stam of ronde stamvorm.Men kan hier ook twee verschillende productietechnieken onderscheiden: gewoon schillen en excentrisch schillen. Bij het afrollen kunnen diktes bekomen worden van ca.0,25 mm tot 8 mm.Een veel voorkomende dikte is 1 à 2 mm voor multiplexplaten.
Een gekend nadeel is het voorkomen van scheurtjes aan de binnenzijde van het afgerolde fineer.Deze ontstaan doordat tijdens het afrollen, het fineer naar buiten wordt gebogen. De binnenzijde rekt uit en er ontstaan scheurtjes ( trekspanningen).
Schematische en overdreven aanduiding,
hoe de kleine haarscheurtjes aan de
onderzijde van het geschilde fineer
kunnen ontstaan
Het rendement bij afrollen, van stam tot fineer, bedraagt naargelang van de houtsoort, de kwaliteit, de stamvorm enz…ca 50%
Het schillen
Bij het schillen wordt de stam in de machine geklemd tussen twee centerklauwen, die de stam om zijn as laten draaien. Door de draaiende stam langzaam naar het mes te bewegen, wordt de stam als een tapijt afgerold, met als gevolg dat er zeer grote afmetingen verkregen worden.
De stammen moeten mooi haaks afgekort zijn. Op beide kopse vlakken wordt het middelpunt bepaald. Vroeger deed men dat manueel door middel van passer en krijt. Heden ten dage worden de middelpunten (opspanpunten)meestal bepaald via optische weg (laserstraal) en wordt het stamstuk mechanisch gecentreerd en ingeklemd. Hoe beter de stam gecentreerd wordt op de afrolmachine, hoe hoger het rendement aan afrolfineer zal zijn. De klauwen zijn meestal zeshoekig of achthoekig van vorm, met een scherpe pin die de stam vastklemmen in het middelpunt.
Schematische voorstelling van het schillen van de stam.De mechaniek schuift geleidelijk naar de dunner wordende rondklos. De stam draait tegen het mes in.Het mes wijzigt, bij het dunner worden van de stam zijn stand, om zoveel mogelijk een raaklijn met de cirkelomtrek te vormen.
Het excentrisch snijden
Deze productiewijze is in feite een variante van bovenvermeld systeem.Voor het schillen wordt de ronde stam eerst opgedeeld in twee of meer blokken, weliswaar steeds met een ronde zijde (boomomtrek).Men noemt deze de “ dossesegmenten”.
Naargelang het gewenste resultaat, bv kwartier, dosse, speciale houttekening, moeten de stammen op een andere manier gezaagd worden.Deze manier van schillen wordt ook gebruikt bij wortel– en stamknollen.Zo bekomt men immers fineren met een zo groot mogelijk oppervlak en de mooiste houttekening.Dossesegmenten worden excentrisch gemonteerd ten opzichte van de draaias.
Dit veroorzaakt een lichtjes schuine snede doorheen de jaarringen en geeft een speciaal visueel effect, vergelijkbaar met het zogenaamd afrollen met een constante straal.
Deze methode noemt men ook de stay-log methode.
Inklemming bij STAY-LOG methode
Gemoest esdoorn, gemoirreerd sycomore worden veelal op deze manier geschild
Het Snijden
Het snijden van fineer bestaat erin om door middel van een zwaar mes fineer te bekomen van een voorbereide en klaargemaakte houtblok. Men vertrekt dus niet meer van de ronde stam, maar van de zgn. zaagblokken. Na het koken worden de zaagblokken eerst geschaafd, teneinde reeds een glad oppervlak te bekomen en reeds na enkele bewegingen van het mes gelijkmatige vellen te snijden over de volle breedte en lengte van het snijdtblok. De gesneden fineren hebben meestal diktes van 0,5 tot 1 mm en worden gebruikt als decoratieve lagen op spaanplaten, binnendeuren, enz…
Er bestaan 2 voorname snijdtechnieken, met name het horizontaal en het verticaal snijden, dat op zijn beurt ook nog opgedeeld wordt in twee types, namelijk van boven naar onder of omgekeerd.
De mes- en drukbalk zijn met elkaar verbonden en bewegen van links naar rechts, zodat over de totale breedte van het zaagblok een fineer wordt afgesneden. Het ritsmes snijdt de fineren aan de zijkant haaks af. Zodra het fineerblad is afgesneden bewegen de mes- en drukblak zich terug naar links en kan een nieuwe snijdtbeweging worden ingezet. De dikte van het afgesneden fineer wordt bepaald door het regelen van de onderlinge afstand tussen mesbalk en drukbalk (hoogte of dikte-instelling). Na elke snijdtbeweging gaat het geheel van de tafel wat omhoog.Deze verplaatsing is gelijk aan de dikte van de geproduceerde fineren. Het mes snijdt niet over de volle lengte doch onder een hoek van bvb.15 of 20 graden.Dit heeft het voordeel dat het mes bij de aanvang niet plots over de gehele lengte ineens moet snijden of “ steken”.Hierdoor kan de druk op het zaagblok geleidelijk opgebouwd worden en is er uiteindelijk ook veel minder kracht nodig.
Het verticaal snijden met bewegende snijblok
Bij deze technologie is het snijmes vast opgesteld en beweegt het zaagblok of snijblok. In principe is de manier van snijden gelijk.Het verschil is echter dat het hout het mes zoekt.Het blok wordt om de 30 cm, onder en boven door klauwen op het frame vastgeklemd.Onder de neus- lijst bevindt zich de snijdbalk met het horizontaal geplaatste mes waarvan de snijkant naar boven gericht is. Het frame heeft een slagarm, die het opgespannen zaagblok onder een hoek van 15° via op– en neergaande beweging bestendig over het snijmes voert.De slagarm drukt de stam tegen het mes en dit snijdt dan het blad fineer. Het grote voordeel van verticaal snijden is de hoge capaciteit van produceren m.a.w.het aantal slagen per minuut(=het aantal geproduceerde bladen per minuut).Men bereikt in de beste omstandigheden 50 tot 60 slagen per minuut.
Men kan hierin nog twee varianten onderscheiden nl.
Ø het snijblok beweegt van boven naar onder
Ø het snijblok beweegt van onder naar boven.
Dit laatste wordt vooral toegepast op de nieuwste machines. Voordeel: het afgesneden fineer moet niet meer omgedraaid worden door de afnemers of via een gemechaniseerd transportsysteem.Dus tijdswinst en minder kans op beschadigingen.